In de grondwet van de Portugese Republiek is sinds 1976 voorzien dat de noodtoestand alle fundamentele rechten opschort en dat ze alleen maar gebruikt mag worden in gevallen van een nationale ramp. Het is de eerste keer dat dit instrument gebruikt wordt in de democratie Portugal. Om het hoofd te bieden aan de crisis veroorzaakt door de pandemie Covid-19, worden we op dit moment onderworpen aan preventiemaatregelen zoals bijvoorbeeld het verbod van samenscholingen, het opleggen van een uitgaansverbod, de controle van personenverkeer en het sluiten van de niet essentiële bedrijven. Maar omdat de democratie niet lamgelegd wordt, legt de grondwet op dat bij het uitroepen van de noodtoestand het ‘‘Evenredigheidsbeginsel’ moet in acht genomen worden, dit om machts- en geweldsmisbruik van politiefunctionarissen te vermijden.

Wat is de noodtoestand?
Volgens de grondwet van de Portugese Republiek (Constituição da República Portuguesa – CRP) kan de noodtoestand uitgeroepen worden “over het hele nationale grondgebied, of een deel daarvan, in de gevallen van een feitelijke of ophanden zijnde aanval van buitenlandse troepen, van een ernstige bedreiging of verstoring van de democratische grondwettelijke orde of van een publieke ramp”.

Wat is de maximumduur?
Volgens de CRP 15 dagen. De basiswet voorziet in “eventuele verlengingen, met behoud van dezelfde limieten”.

Wie mag ze uitroepen?
De President van de Republiek moet toestemming vragen aan het parlement om de noodtoestand uit te roepen. De regering wordt alleen maar gehoord.
Het verzoek aan het parlement door de President moet gestaafd zijn met de rechten, vrijheden en waarborgen die opgeschort worden.

Wat gebeurt er als de noodtoestand wordt uitgeroepen?
In de praktijk betekent dit dat een aantal fundamentele rechten, voorzien in de CRP, gedurende een tijdsperiode opgeschort worden. De grondwet legt expliciet vast dat in geen enkel geval het recht op leven, op persoonlijke integriteit, op persoonlijke identiteit en op burgerschap in gedrang mag komen. Ook de retroactiviteit van de strafwet zal nooit mogelijk zijn, noch zal het recht op verdediging van verdachten en de vrijheid van geweten en van godsdienst geschonden worden.

Welke rechten worden in dit geval beperkt?
Wat in het geval van deze crisis veroorzaakt door de pandemie Covid-19 aan de orde is, is vooral het recht op vrij verkeer, omdat de personen verhinderd worden om hun woning te verlaten en vrij te circuleren. Wat bijvoorbeeld mogelijk is, is het verbod op samenscholingen, het opleggen van een uitgaansverbod, het plaatsen van barrières op de wegen of de controle op de beperking van het aantal personen dat gebruik maakt van het openbaar vervoer of een winkel bezoekt.
In het bijzonder voor de bedrijven wordt de vrijheid van economische bedrijvigheid die niet onmisbaar is, opgeschort. Dit betekent dat de meeste bedrijven gesloten worden of dat bepaalde dienstregelingen worden nageleefd.

Hoe wordt de naleving gegarandeerd?
In tegenstelling tot de schorsing van rechten, voorziet de CRP in de versterking van de bevoegdheden van de civiele bestuursrechtelijke autoriteiten en in de ondersteuning ervan door het leger. Deze versterking moet vastgelegd worden in het decreet van de President van de Republiek die de noodtoestand uitroept. Het is de taak van de regering om ze uit te voeren.

 


Dit artikel verscheen in “Blik op Portugal 175”.